Abonnementen service: 035 - 2019505

Eindejaarstips 2023: voordeel op de valreep

Het jaar loopt ten einde, een goed moment om uw financiën nog eens tegen het licht te houden en eventueel actie te ondernemen om straks bij de aangifte geld te besparen.

Goed om te weten: spaargeld niet langer belast

Spaargeld en ander vermogen in box 3 wordt tegenwoordig anders belast dan vóór 2022. Dit is vooral gunstig voor vermogende spaarders. Tot en met 2021 betaalde u over spaargeld van meer dan ruim €50.000 (het dubbele voor fiscaal partners) belasting, hoewel u geen rente kreeg of zelfs rente moest betalen.

Dat is vanaf 2022 niet meer het geval. Als u geen rente krijgt, betaalt u ook geen vermogens­belasting. Mocht de spaarrente ooit weer gaan stijgen, gaat u wel vermogens­belasting betalen, maar nooit méér dan een percentage van de ontvangen rente. De verlaging van de belasting geldt alleen voor spaargeld en ander geld dat op de bank staat. Ander vermogen, zoals beleggingen, een vakantiehuis en een verstrekte ­lening, worden net als voorheen met een fictief rendement belast. Dat betekent dat de Belastingdienst ervan uitgaat dat u een bepaald rendement haalt, ook al behaalt u dat rendement helemaal niet of maakt u zelfs verlies. Vanaf 2025 wordt, als het goed is, het werkelijk behaalde rendement op vermogen belast.

Schenk de jubelton

De jubelton wordt in 2023 afgeschaft. De maximale belastingvrije schenking voor een eigen woning bedraagt dit jaar €106.671. Volgend jaar is de vrijstelling nog maar ruim €27.000, net zoveel als de eenmalige vrijstelling voor een schenking aan een kind die niet hoeft te worden ­gebruikt voor de eigen woning. In 2024 vervalt de jubelton. De vrijstelling van €106.671 geldt ook als u dit jaar een deel schenkt en volgend jaar het restant. De jubelton mag ook worden gebruikt voor de aflossing van een hypotheek.

Houd rekening met de tarieven als u binnenkort met pensioen gaat

In 2023 stijgt de leeftijd waarop u voor het eerst AOW krijgt met drie maanden tot 66 jaar en tien maanden. Vanaf dat moment krijgt u niet alleen een levenslange AOW-uitkering, maar verandert er ook op belastinggebied een en ander. Het tarief in de eerste belastingschijf (tot €37.149) daalt dan van 36,93 procent naar 19,03 procent (cijfers 2023). In het jaar waarin u voor het eerst AOW krijgt, geldt een afwijkend belastingtarief; dat is afhankelijk van de maand waarin u voor het eerst AOW krijgt.

Als u in januari voor het eerst AOW krijgt, geldt in het hele jaar het lage AOW-tarief van 19,03 procent, maar als u pas in oktober voor het eerst AOW krijgt, geldt in het overgangsjaar een tarief van 32,46 procent (het gemiddelde van negen maanden het hoge tarief en drie maanden het lage tarief). Omdat het tarief voor AOW’ers zoveel lager is, kan het interessant zijn om pensioen of een lijfrente uit te stellen tot het eerste volledige AOW-jaar, omdat pensioen tot de schijvengrens dan volledig tegen het lage tarief wordt belast.

Voorbeeld: stel dat u in oktober 2023 stopt met werken­ en dan voor het eerst AOW krijgt. Stel verder dat u een ­salaris van €4000 per maand verdient en dat u vanaf ­oktober aan AOW en aanvullend pensioen €3000 per maand krijgt. Als uw pensioen in oktober 2023 tot uitkering komt, wordt dat in de laatste maanden van 2023 belast tegen 32,46 procent. Maar als u het pensioen pas laat uitkeren vanaf januari 2024 wordt alles tegen het lage tarief van 19,03 procent belast. Door het pensioen later te laten ingaan, bespaart u in dit voorbeeld €403.

Uitstel van het pensioen brengt ook een risico met zich mee. Het kan betekenen dat uw nabestaanden geen uitkering krijgen als u in de periode tussen het stoppen met werken en de ingangsdatum van het pensioen zou over­lijden. Check dit bij de pensioenuitvoerder.

Controleer de toeslagen

Om huurtoeslag te krijgen mocht het vermogen op 1 ­januari 2022 niet hoger zijn dan €31.747; voor de zorg­toeslag ligt de vermogensgrens op €120.020. Heeft u een toeslagpartner? Dan mag u dit bedrag verdubbelen.

Als u maar één euro meer hebt dan de vermogensgrens, verliest u voor heel 2022 het recht op huur- en/of zorgtoeslag, ook al heeft u van 2 januari tot 31 december een lager bedrag op de rekening staan. Onder vermogen valt ook een tweede huis en een lening­ aan familie of vrienden. Is het vermogen eind ­december iets hoger dan deze grens, probeer dan een grote aankoop of andere uitgave naar voren te halen.

Voor de huur- en zorgtoeslag gelden ook inkomens­eisen. Sommige aftrekposten, zoals giften aan goede doelen en zorgkosten, verlagen het inkomen dat meetelt voor de toeslagen – het zogenaamde toetsings- of verzamelinkomen. Door nog voor het eind van het jaar een aftrekbare gift te doen, kunt u het inkomen misschien verlagen zodat u recht heeft op hogere toeslagen.

Gaat u samenwonen? Dat heeft vaak gevolgen voor de toeslagen, want daarvoor telt ook het inkomen en ­vermogen van de partner mee. Controleer regelmatig op de website van de Belastingdienst of uw toeslagen nog kloppen.

Let op: Geef een verhoging van ­inkomen of vermogen zo snel mogelijk door aan de Belastingdienst. Zo voorkomt u een naheffing. Omgekeerd leidt een verlaging van inkomen of vermogen misschien tot hogere toeslagen. Geef ook die zo snel mogelijk door.

Kijk nog eens naar groen sparen en beleggen

Veel spaarders staken hun geld de afgelopen jaren in groene deposito’s en beleggingen, omdat die – in tegenstelling tot spaargeld – tot op zekere hoogte ­waren vrijgesteld voor de vermogensbelasting. Maar nu spaargeld niet langer wordt belast (zie ‘Spaargeld niet langer belast’), is groen sparen en beleggen niet meer zo voordelig als voorheen. Terwijl groen beleggen net als andere vormen van beleggen wel risico’s met zich meedraagt. De koersen van groene fondsen van Triodos en de ASN Bank waren tot begin dit jaar erg stabiel, maar sinds het uitbreken van de oorlog in Oekraïne zijn de koersen van beide fondsen met vele procenten gedaald. Er is nog wel een klein fiscaal voordeel, want naast de vrijstelling voor de vermogens­belasting heeft u met groen sparen en beleggen ook recht op een extra heffingskorting van 0,7 procent van de waarde ervan.

Koop een vakantiehuis

Zoekt u nog een bestemming voor uw spaargeld? De overdrachtsbelasting voor de aankoop van een tweede huis, zoals een vakantiewoning, sta­caravan of chalet, gaat omhoog van 8 procent naar 10,1 procent in 2023. Dat geldt ook voor een ligplaats voor een boot. Over de aanschaf van een boot die hoort bij de ligplaats, heft de Belastingdienst doorgaans geen overdrachtsbelasting.

Auteur: Paul van der Kwast
Bron: PlusOnline

  Post & Mail

Wilt u reageren op de inhoud van MAX Magazine, een tv- of radioprogramma? Stuur dan een bericht naar MAX Magazine. De redactie maakt elke week een selectie en kort soms berichten in.

Reageren