Anti-verouderingsmiddelen die uitgebluste lichaamscellen oppeppen, een kwetsbaar afweersysteem weer alert maken en eventuele DNA-schade kunnen repareren… Internationaal wordt er hard aan gewerkt, want de behoefte om ‘jong’ te blijven is groot. Maar het is nu nog allemaal te mooi om waar te zijn.
‘Anti-aging’-producten
Wás het maar waar! Maar dat is ’t nog lang niet, ook al beloven reclames op tv, in gedrukte media, en steeds meer trendy juichverhalen op het internet, nu al een lang en jaren verjongd leven door het gebruik van dergelijke ‘anti-aging’-producten.
De hoogleraar geriatrie Marcel Olde Rikkert van het Radboudumc in Nijmegen waarschuwt er met klem voor, hij wijst op hun gezondheidsrisico’s. In een publicatie van dit universiteitsziekenhuis stelt de geriater dat dergelijke middelen soms op de korte termijn enig effect laten zien: “Maar verstoring van de balans in het lichaam en bijwerkingen op de lange duur liggen op de loer”, meent hij.
Marcel Olde Rikkert van het Radboudumc in Nijmegen.
‘Allesbehalve veilig’
Het gebruik van dit soort middelen, in de hoop dat ze de biologische leeftijd kunnen verjongen, zijn nog allesbehalve veilig, stelt Olde Rikkert onomwonden, en hij weet zich gesteund door collega-onderzoekers uit Canada en de Verenigde Staten. “Zulke middelen richten zich maar op een heel klein detail in het lichaam en kijken te weinig naar de mens als geheel. Op de lange termijn kunnen ze het lichaam uit balans brengen en meer schadelijke gevolgen geven dan eventuele voordelen op de korte termijn.”
Olde Rikkert doet dan ook samen met deze collega’s in het vaktijdschrift ‘Nature Aging’ aanbevelingen om onderzoek naar antiverouderingsmiddelen te verbeteren. Er is goed en vooral langdurig wetenschappelijk onderzoek nodig om zoveel mogelijk langetermijneffecten in kaart te kunnen brengen, menen de auteurs van het artikel.
Rapamycine
In een toelichting aan MAX Magazine wijst de ouderenspecialist van het Radboudumc er op dat zijn waarschuwing ook middelen betreft die in de zorg voor andere serieuze medische doeleinden worden gebruikt, maar die uiteindelijk terechtkomen “op de enorme markt die het internet is”. Als een van de voorbeelden noemt hij rapamycine, een middel dat de afweer onderdrukt en dat wordt gebruikt om na een niertransplantatie afstotingsreacties van het lichaam tegen te gaan. De werkzame stof in deze medicatie zou levensverlengende eigenschappen hebben en zijn getest op dieren, vooral in muizen. En inderdaad, mannetjesmuizen leefden 25 procent langer, vrouwtjesmuizen 38 procent, aldus een publicatie in Nature. Het zou eveneens de levensduur verlengen van wormen, fruitvliegjes en gistcellen. “Maar dat betekent geenszins”, stelt Marcel Olde Rikkert, “dat het de levens van mensen verlengt. Dit is een zeer stevig middel, maar ga het niet geven als antiverouderingsmiddel, daar komen ongelukken van”.
Conclusie: Pogingen om medicijnen te ontwikkelen die de veroudering kunnen afremmen lijken tot nu toe nog niet echt het belang van de ouder wordende mens te dienen.
Met dank aan Annemarie Eek (Radboudumc)