De meeste moderne auto’s hebben tractiecontrole, wat ervoor zorgt dat de wielen niet doorslippen bij het optrekken of op een nat wegdek. Handig, maar niet bij sneeuw.

Als de auto vaststaat in de sneeuw of in een sneeuwduin, kunt u beter de tractiecontrole uitzetten. Zodra de sensoren van de controle voelen dat de banden slippen, stopt de aandrijving deels of zelfs helemaal. Daardoor komt u niet weg, hoeveel gas u ook geeft.

Het uitschakelen van de tractiecontrole

De meeste auto’s hebben een tractiecontroleknop, aangegeven met ASR, TSC of TRC. Hiermee schakelt u de controle uit. Heeft u een ESP-systeem? Dan is de tractiecontrole hier waarschijnlijk onderdeel van en heet het DSTC of DTC. Zodra de tractiecontrole is uitgeschakeld, staat er ‘TC off’ of een symbool van een auto met slipsporen erachter.

Weinig gas

Als u de tractiecontrole hebt uitgezet, probeer dan met weinig gas weg te rijden. De wielen zullen dan gaan slippen, wat vaak precies nodig is om u uit de sneeuw te helpen. Vergeet niet om de tractiecontrole weer aan te zetten als u uit de sneeuw en weer op snelheid bent.

Lukt dit allemaal niet? Vraag dan één of twee personen om de auto heen en weer te schommelen terwijl u probeert te vertrekken of los te komen. Zet de wielen recht en beweeg voor en achteruit om voldoende grip te krijgen. Denk uiteraard ook om de veiligheid van degenen die u te hulp schieten.

Uitzondering

Er is één uitzondering: bij auto’s met vierwielaandrijving werken de tractiesystemen wél goed, dus dan kunt u ze beter aan laten staan.

Bron: AD.nl / PlusOnline
Auteur: Maartje Groenen

Enthousiast over
MAX Magazine?

MAXMagazineshop.nl

Alles-in-één Soundbar met Subwoofers, Lezersprijs: € 79,95