Stefan de Walle over Lou Landré
Stefan de Walle is in 1965 in Den Haag geboren.
Van 1989 tot 2001 speelde hij bij het Ro Theater. Daarna was hij tot vorig jaar vast ensemblelid bij het Nationale Toneel/Het Nationale Theater.
Naast een groot aantal theaterrollen speelde hij in tientallen televisieseries en fi lms zoals ‘Flodder’, ‘Niks te melden’ en ‘De Marathon’. Sinds 2011 speelt hij de goedheiligman, als opvolger van Bram van der Vlugt. Momenteel speelt hij de hoofdrol in de serie ‘Tweede Hans’, die door Omroep MAX wordt uitgezonden. In het toneelstuk ‘Gif’ speelt hij samen met Carine Crutzen een echtpaar dat een kind heeft verloren.
Nadat ik in 1989 was afgestudeerd aan de toneelschool in Arnhem, kwam ik bij het Ro Theater in Rotterdam te spelen. Als jong acteur, ik was 24, verkeerde ik ineens tussen grote namen die al jaren de kern van het gezelschap vormden.
De toneelschool was altijd een veilige omgeving voor me geweest, waar ik in alle vrijheid aan een rol durfde te schaven. Dan valt het niet mee als je als jongeling in een bestaand gezelschap moet spelen. Maar Lou Landré nam meteen alle schroom bij me weg, schonk me al zijn vertrouwen en gaf me ruimte mezelf te ontplooien. Later werd ik me ervan bewust dat dit jaren in mijn ontwikkeling kan hebben gescheeld.
Ondanks ons leeftijdsverschil hadden we een klik met elkaar en werden we naast collega’s ook vrienden. Hij woont al geruime tijd in Frankrijk, waar ik hem een paar keer per jaar bezoek. Bovendien mailen en appen we regelmatig met elkaar. Het is een vriendschap die nooit verloren zal gaan.
Als acteur heb ik veel van hem geleerd, zowel over inhoud en techniek van het spelen als de interpretatie van een rol. Hoe je tijdens het repeteren afspraken kunt maken en fl exibel genoeg moet zijn die weer los te laten. Wat ik zeker van hem heb meegekregen, is de ontspannen en collegiale manier van omgaan met elkaar tijdens een productie. Voordat we het toneel op gingen, keken we elkaar vaak even aan, gaven een knipoog en wisten dat het goed zou komen. Het is overigens een magisch moment om vervolgens als personage het podium op te komen en je samen met de toeschouwers het verhaal induikt en ondergaat.
Tijdens het spelen genoot ik soms ook van de ondeugende manier waarop hij me kon aankijken. Soms kregen we bijna de slappe lach, waar de zaal natuurlijk niets van mocht merken. Eén keer is het fout gegaan. Tijdens ‘De dood van een handelsreiziger’, waarin ik zijn zoon Happy speelde, zei ik tijdens de slotscène voor de pauze ineens ‘Ouwe rups’ tegen hem, in plaats van ‘Ouwe reus’. Een fl auw grapje, maar Lou, de anderen op het podium en ikzelf barstten in lachen uit. De techniek heeft toen maar het doek een paar seconden eerder dichtgedaan.
Deel dit artikel
Post & Mail
Wilt u reageren op de inhoud van MAX Magazine, een tv- of radioprogramma? Stuur dan een bericht naar MAX Magazine. De redactie maakt elke week een selectie en kort soms berichten in.
Reageren