In de ban van dr. Google. Moeilijk te duiden gezondheidsklachten.
Geachte dokter Ted,
Mijn vriendinnen zijn net als ik op leeftijd. We hebben allemaal last van gezondheidsproblemen en uderdomspijntjes. Via WhatsApp wisselen we kwalen en tips uit. Zo heb ik last van vermoeidheid. Ik kreeg allerlei adviezen over een verondersteld tekort aan vitaminen en mineralen. Maar als ik ermee bij mijn huisarts kom, en bijvoorbeeld vitamine B12 noem, dan heb ik het gevoel dat hij dat niet serieus neemt.
Jantien
U raakt met uw ervaring een gevoelig punt in de diagnostiek. Niet alleen bij mij, ook bij veel van mijn praktiserende collega’s in het land. Bijna wekelijks, zo niet dagelijks, melden zich op de spreekuren van huisartsen en specialisten patiënten met soms moeilijk te duiden gezondheidsklachten. Het gaat om kwalen en vermeende ziekten, waarbij vaak patiënten de spreekkamer binnenkomen met een eigen diagnose. Ze zijn bijvoorbeeld, zoals u, onverklaard vermoeid, maar weten precies waardoor dat komt. Sterker, ze zijn ervan overtuigd. Eigenlijk hebben ze de oorzaak van hun probleem al vastgesteld en weten welk geneesmiddel ze voorgeschreven willen hebben. Dat is een moeilijk uitgangspunt voor een gesprek.
Bij doorvragen blijkt dat sommige patiënten zich baseren op hetgeen zij op het internet lezen – wij noemen dat ‘de diagnose volgens dokter Google’. Anderen hebben adviezen gekregen vanuit de vrienden- en kennissenkring, veelal geen artsen. De dokter tegenover hen is er eigenlijk alleen maar om het door hen gewenste recept uit te schrijven. En als dat niet gebeurt, zijn de rapen gaar. Dat voelt niet goed en wekt wederzijds ergernis.
Nuances zijn levensbelangrijk
Wat mij betreft is het nooit zo geweest dat ik de patiënt niet serieus nam, of niet voor haar of hem openstond. Zeker niet. Maar diagnostiek is niet zwart of wit, er zijn vele grijstinten. Nuances kunnen van levensbelang zijn.In mijn antieke instrumentenkast staan nog de apparaatjes waarmee mijn voorganger aan huis vrij onnauwkeurig bloedarmoede vaststelde. Als iemand klaagde over moeheid, dan werd daarmee het hemoglobinegehalte – het Hb – gemeten, en wanneer dat te laag was, stelde hij de diagnose ‘ijzergebrek’ en gaf staalpillen. En daarmee of in elk geval daarna gingen de klachten meestal over. Moeheid kan echter van duizend oorzaken komen. Bij bloedarmoede ben je soms moe. Maar de kortsluiting moeheid-bloedarmoede is te kort door de bocht. Beter kun je als dokter de klachten verder uitvragen, de patiënt lichamelijk onderzoeken en dan pas het bloed nakijken. Als er een afwijking in het bloed gevonden wordt, kan dat wel toeval zijn en niets met de klachten van doen te hebben. Dat gebeurt vaak: als je tien dingen in het bloed onderzoekt is er vaak eentje die net buiten de normaalwaarden valt. En als je honderd dingen onderzoekt, zijn er misschien wel tien ‘abnormaal’.
Geen garantie
Hoofdpijn, moeheid, spierpijn, spanning: allemaal klachten die bij gezonde mensen weleens voorkomen. Een toevallig gevonden bloedafwijking hoeft daar dan niets mee te maken te hebben. En andersom: een normale lab-uitslag is geen garantie op géén ziekte.
Dat maakt aandoeningen als chronische Lyme, vitamine B12-gebrek, een iets te trage schildklier, chronische vermoeidheid, enzovoort ook zo ingewikkeld. Er zijn daarvoor vaak geen echte bewijzen voorhanden. Daarvoor moet je als dokter dus een ware zoektocht ondernemen. En niet blindvaren op bevindingen vanuit het laboratorium. Daarvoor ben je als dokter meer dan tien jaar opgeleid. In elk geval langer dan een uurtje googelen…
Deel dit artikel
Post & Mail
Wilt u reageren op de inhoud van MAX Magazine, een tv- of radioprogramma? Stuur dan een bericht naar MAX Magazine. De redactie maakt elke week een selectie en kort soms berichten in.
Reageren