Abonnementen service: 035 - 2019505

MAX tv-dokter Ted van Essen: ‘Ouderen kunnen heel goed de kwaliteit van hun leven bepalen’

Dokter Ted van Essen (71) was veertig jaar lang huisarts in Amersfoort. In 2015 ging hij met pensioen. Nou ja, pensioen? Hij is drukker dan ooit. Deze periode is hij bijna dagelijks bij MAX op tv te zien om vragen rond het coronavirus te beantwoorden.

Slaapt u nog wel?
“Afgelopen weekend heb ik een beetje bijgeslapen. Televisieoptredens blijf ik altijd een beetje stressvol vinden. Je moet namelijk met een beperkt
aantal gegevens toch de juiste antwoorden geven. Dat wil ik niet doen op een manier dat mensen ervan in paniek raken en je wil mensen ook niet ten onrechte geruststellen.”

U bent tien jaar tv-dokter, hoe begon die carrière?
“Begin jaren negentig promoveerde ik op het onderwerp de griepprik en kreeg de bijnaam ‘de griepdokter van Nederland’. Het opvallende aan griep is dat het twee keer per jaar in het nieuws is. Eén keer als er gevaccineerd wordt én op het moment dat de epidemie er is. Die twee momenten halen altijd het nieuws. Voor ik het wist, zat ik in de ‘5 uur show’ en was ik te horen op de radio. Toen in 2008 ‘Tijd voor MAX’ begon, herinnerde Martine van Os zich mij. Vervolgens belde de redactie van dat programma mij en de rest is geschiedenis.”

Maar wie is dokter Ted van Essen eigenlijk?
“Ik ben inmiddels vijftig jaar samen met de liefde van mijn leven: Marian. Ik leerde haar kennen tijdens mijn opleiding. In 1972 trouwden we en we kregen vier kinderen en negen kleinkinderen. Helaas kunnen we ze in deze periode niet zien: ik ben net 71 geworden, dus ik val in de risicogroep. We bellen veel en skypen. Mijn wereld is wel een beetje kleiner geworden. Gelukkig hebben we een tuin en Marian houdt erg van tuinieren. Ik wandel veel. We redden ons goed op die manier.”

Wordt u al herkend op straat?
“Soms.”

En zeggen ze dan: ‘Dokter, ik heb dit of dat kwaaltje, weet u er iets op?’
“Nee, ze beseffen heel goed dat dat niet zo werkt. Heel soms vragen ze het wel, maar dan heb ik een standaardantwoord: ‘Dat is goed, kleed u zich maar helemaal uit.’ En dan snappen ze dat de straat geen setting is om dat te vragen.”

Uw vader is 98 jaar oud geworden…
“Ik gebruik mijn vader vaak als voorbeeld, omdat hij zo oud is geworden. Hij heeft veel ziektes meegemaakt. In de oorlog had hij tuberculose, in de jaren zeventig een groot hartinfarct, later een maagzweer en hij overleefde zelfs darmkanker. Ik heb gezien hoe hij met al die ziektes omging en hoe hij toch altijd belangstelling hield voor zijn omgeving. Zelfs in de weken voor hij stierf stuurde hij mij altijd een dag na de uitzending een mailtje om te laten horen hoe hij het programma vond. In het huis waar hij woonde straalde mijn bekendheid op hem af. Hij was trots op mij.”

Kwaliteit van leven vindt u erg belangrijk. U zegt dan ook: zorg voor goede hoorapparaten, zorg dat je goed kan blijven zien.
“Mijn vader had veel kwalen, maar waar hij echt last van had, was de napijn van zijn gordelroos. Het is belangrijk dat ouderen tegen een dokter zeggen wat ze zelf belangrijk vinden. Ouderen kunnen heel goed de kwaliteit van hun leven bepalen. Ze stellen zich de terechte vraag: wat wil ik nog in de jaren die mij resten? Wil ik blijven wandelen, de marathon lopen? Het kan ook zijn dat je sociale contacten het belangrijkst vindt. Op basis van al die vragen kan een dokter bepalen: hoe streng zullen we uw lichamelijke conditie controleren. Dat geldt ook voor het coronavirus. Daar kan de vraag voor komen te liggen: wil ik nog wel naar de intensive care toe? Daar kan ik als dokter alles van vinden, maar het gaat erom wat de patiënt vindt. Mijn vader wilde op zijn 98ste nog geholpen worden aan zijn benauwdheid. Toen zei zijn huisarts: ‘Dan gaan we dat voor u regelen.’ Ik was erbij dat de huisarts vervolgens de cardioloog belde. Ik hoorde die cardioloog zeggen: ‘Moet dat nou nog voor zo’n man van 98?’ Waarop de huisarts zei: ‘Ja dat moet, want hij wil het.’”

Wat wilt u zelf nog met de rest van uw leven?
“Als ik als tv-dokter mensen van adviezen kan en mag blijven voorzien, dan wil ik dat graag doen. En ik vind het nog leuk ook. En natuurlijk vind ik het ook spannend. Maar het is ook heel gezond om je zo nu en dan in te spannen en uitdagingen aan te gaan. Ook voor ouderen geldt: blijf zo nu en dan uitdagingen aangaan. Of het nou een taal leren is, een instrument bespelen, bridgen of in een zangkoor zingen. Als je jezelf blijft uitdagen, word je niet alleen oud maar ook gelukkig.”

  Post & Mail

Wilt u reageren op de inhoud van MAX Magazine, een tv- of radioprogramma? Stuur dan een bericht naar MAX Magazine. De redactie maakt elke week een selectie en kort soms berichten in.

Reageren