Het vriest niet eens die nacht van de dertiende Elfstedentocht op 21 februari 1985, nu veertig jaar geleden. Het miezert zelfs een beetje. Op het ijs ligt op veel plekken een dun laagje water. Gelukkig is het ijs dik genoeg voor meer dan 12.000 toerrijders en honderden wedstrijdrijders. Zij krijgen na 200 kilometer door Friesland klunen en schaatsen een kruisje. Het echtpaar Willem en Betty Westerveld gaat voor méér. Hij wordt zesde bij de mannen, zij tweede bij de vrouwen.

‘Tocht der Tochten’

Het is bijna veertig jaar geleden als Willem (80) en Betty Westerveld-van Rijn (77) thuis aan de eettafel in Eemnes praten over hun eerste uitgereden Elfstedentocht. Willem reed als achttienjarige in 1963 al mee, maar kon als zovelen die barre ‘Tocht der Tochten’ niet uitrijden.

Tijdens het interview schijnt buiten sinds lange tijd weer een fraai winterzonnetje, daardoor is het uitzicht op het groene polderlandschap prachtig. Betty: “Ik ben opgegroeid in Ankenveen met eenzelfde uitzicht op zwanen, schapen, koeien en paarden. Dat weidse uitzicht… daar kan ik zó van genieten.” Niet veel later loopt ze naar de keuken en komt ze terug met een zak aardappels en begint die te schillen. “Die zijn voor de boerenkool, dat vind je toch niet erg, dat ik dit tussendoor doe?”

elfstedentocht 1985

De tocht van 1985 op smeltend ijs.

Gedeelde passie

Betty en Willem Westerveld trouwden op 14 november 1969. Willem: “We bleken allebei dezelfde passie te hebben; schaatsen en hardlopen.” Betty: “We hebben jarenlang vaak samen getraind, zelfs toen onze twee kinderen Robbert en Mariska nog klein waren. We namen ze dan mee naar de bossen van Lage Vuursche en pasten om en om op. Terwijl de één ging trainen, lette de ander op de kinderen. Dat was een prachtige tijd.” Willem: “In 1985 werd ik gezien als een kanshebber om Reinier Paping op te volgen, omdat ik een jaar eerder in Ottawa de alternatieve Elfstedentocht had gewonnen. Betty: “Op de dag van de wedstrijd zag ik dat het regende toen ik die ochtend uit het raam keek. Dat was gek, want daarvoor had het dagenlang flink gevroren. Gelukkig ging het wel door.”

Flink stampij gemaakt

In 1985 bestond er aanvankelijk geen wedstrijd voor vrouwen, alleen de toertocht. Betty was vooraf flink boos geworden, toen ze een dag eerder geen rugnummer kreeg. “Ik heb flink stampij gemaakt.
In de reglementen stond namelijk dat vrouwen mochten deelnemen aan de Elfstedentocht, er werd niet gerept over een wedstrijdverbod. Ik heb zelfs de populaire Friezin Atje Keulen-Deelstra nog gevraagd om te bemiddelen, maar zij durfde het niet aan de wedstrijd te rijden en ging voor de toertocht. Zij was bang dat ze het Elfstedenkruisje niet zou krijgen.

Na enige protesten, kregen wij vrouwen toch een wedstrijdnummer. We moesten dan wel net als bij
de mannen binnen 20 procent van de eindtijd van de winnaar finishen. Dat lukte met zelfs een tweede plaats achter Lenie van der Hoorn. Lenie werd wel gehuldigd als winnares, maar voor mij was er geen podiumplaats. Ik finishte als nummer 160 en als tweede vrouw in het klassement in 7 uur, 37 minuten en 55 seconden.”

Tekst: Jules van der Wardt.

Lees het hele interview in MAX Magazine editie 8. Bent u geen abonnee, maar wilt u niets meer uit de gids missen? U kunt hier abonnee worden. 

 

 

Enthousiast over
MAX Magazine?

MAXMagazineshop.nl

Smartwatch met Bloeddruk- en Hartslagmeter, Lezersprijs € 39,95