Heimwee naar het bordes
Zo’n tien jaar geleden zat ik bijna op de schoot van Jan Slagter tijdens de inhuldiging van koning Willem-Alexander. Ik was toen verbaasd – ik had in Jan, die op Koningsdag een speciaal programma presenteert vanuit paleis Soestdijk – niet een echte Oranjeklant gezien.
En nog steeds niet. Maar dat hoeft ook niet. Sterker nog, enige afstand tot het onderwerp waarover je schrijft of vertelt is juist goed. Misschien heeft die combi ervoor gezorgd dat Jan het afgelopen jaar misschien wel het meest ontspannen gesprek met prinses Beatrix voerde dat ik me kan heugen. Hij sprak onze voormalige koningin op Paleis Soestdijk, haar geboortehuis, waar ze die dag ook nog eens voor het laatst was. Misschien had je ze er gewoon zin. En dat ze zich thuis voelde op Soestdijk zal misschien ook wel geholpen hebben.
Maar dan nog is het knap. Want de prinses is niet gemakkelijk te interviewen en de afstand tussen Beatrix en haar interviewers bleef je pijnlijk voelen. Maar hier werkte wellicht de magie van Soestdijk. Het paleis waarvan je vanaf de straat naar binnen kon kijken. Als je maar lang genoeg bleef staan, dan zag je koningin Juliana of prins Bernhard vanzelf wel een keer voorbijlopen. Het gaf de koninklijke families iets heel normaals, iets burgerlijks. Zoals je bij Mien uit Assen tussen de vitrage door naar binnen kon loeren, kon dat bij de Oranjes óók. Om meteen te weten wat iemand met ‘hét bordes’ bedoelt moet je boven de 35 jaar zijn. Bij elke opiniepeiling over Koningsdag is er een aanzienlijke groep die terugverlangt naar de tijd van het defi lé.
Tijdens de reportage hoorden we de Oranjes praten als een gezin, vanaf het bordes. Terwijl Dick Passchier monotoon doorsprak over de harmonie plus dansmariekes uit Eindhoven, hoorden wij vooral de stemmen van de Oranjes. Beatrix: “Alexander kom hier, Alexanderrrr…. nu!” Om daarna meteen met overslaande stem te zeggen: “Pietie, straks valt Mauritsje van de stoep!” We herkennen de scènes meteen. Maar ‘hét bordes’, of ‘de stoep’ zoals de Oranjes zeggen, is ook hoogverheven boven het volk staan wuiven. Het lijkt leuk, maar het verveelt al snel. Sterker nog, het zou het einde van de monarchie betekenen. Het is niet meer van deze tijd; we zijn allemaal gelijk en niemand is verheven.
We willen dat de Oranjes tussen ons in staan. Meedansen, meejanken en meevoelen wat we allemaal meemaken. Geen aubades meer, maar meezingen. Dat is Koningsdag van nu en voorlopig van morgen.
Deel dit artikel
Post & Mail
Wilt u reageren op de inhoud van MAX Magazine, een tv- of radioprogramma? Stuur dan een bericht naar MAX Magazine. De redactie maakt elke week een selectie en kort soms berichten in.
Reageren