Het bijzondere verhaal van veteranenechtpaar Lyanne en Erik Paskamp
Ook dit jaar plaatsen we in de aanloop naar de Nederlandse Veteranendag een interview met enkele veteranen. Deze keer het aangrijpende verhaal van Lyanne en Erik Paskamp. Het getrouwde stel werd in 1992 als militair uitgezonden naar Bosnië. Een vredesmissie werd het niet, want ze kwamen in het beruchte Rainbow Hotel zwaar onder vuur te liggen. Na terugkeer bleef hun gezin niets bespaard: blijvend letsel door een ongeluk, zelfmoordpogingen, PTSS en een moeizame zoektocht naar hulp. Lyanne schreef er een aangrijpend boek over.
Eigenlijk ben ik dubbelgehandicapt. Als vrouw in een door mannen gedomineerd veteranenland en doordat ik een onzichtbare wond heb”, vat Lyanne Paskamp (55) haar positie samen. “Ik moet me altijd bewijzen en verantwoorden.” Dat laatste merkte ze onlangs weer, toen ze samen met haar man Erik (58) terug was in Bosnië, het land waar ze gezamenlijk als militair op missie waren in 1992. “Bij een oorlogsmuseum mocht Erik gratis naar binnen als veteraan, omdat hij een arm mist. Mijn PTSS is onzichtbaar, dus ik moest betalen. Ik heb het gevoel dat ik heel hard moet schreeuwen om gehoord te worden.”
Zwaar onder vuur
De titel van haar boek, ‘Ze hoorden mijn schreeuwen niet’, is aan dat gevoel ontleend. Lyanne beschrijft aan het begin hoe zij Erik, die toen al marechaussee was, leerde kennen en zij verliefd raakten en trouwden. Zijn enthousiaste verhalen over het werk, vooral zijn eerste uitzending naar de Sinaï, werkten aanstekelijk en Lyanne meldde zich al snel bij de Koninklijke Landmacht. Als chauffeur werd ze uitgezonden naar de hoofdstad van Bosnië en het toeval wilde dat Erik als marechaussee ook in Sarajevo terechtkwam. Beiden werden gehuisvest in het Rainbow Hotel dat in 1992 zwaar onder vuur kwam te liggen van de Servische milities. Lyanne: “Het was een bizarre situatie. We kwamen om vrede te stichten, maar werden zelf doelwit.”
‘We kwamen om vrede te stichten, maar werden zelf doelwit’
Dwaaltocht op zoek naar hulp
Terug in Nederland verlaat Lyanne, zwanger van hun eerste dochter – er volgen er later nog twee – de dienst. In Haar leven lijkt in rustiger vaarwater te komen, maar de rampspoed slaat in de jaren daarna meermalen toe. Erik – inmiddels overgeplaatst naar de Brigade Speciale Beveiligingsopdrachten van de Koninklijke Marechaussee – raakt zwaargewond bij een ongeluk, Lyanne’s vader komt plots te overlijden en hun tweede dochter blijkt suïcidaal te zijn. Tot overmaat van ramp raakt Lyanne zelf door verwerkingsproblemen van haar uitzending in steeds grotere geestelijke nood. Het leidt tot de diagnose posttraumatische stress stoornis (PTSS) en wat volgt is een dwaaltocht door de wereld van hulpverleningsinstanties. Lyanne: “Bij de ene zorginstelling moest ik over mijn uitzendervaring praten, bij de ander mocht dat juist weer niet. Een speciale therapiegroep voor vrouwen was er niet en in de groep met mannen was ik niet welkom. Eigenlijk heel gek, want ik was uitgezonden met bijna alleen maar mannen. Heel verwarrend en ingewikkeld, daarom vind ik dat mijn verhaal verteld moet worden, omdat ik zelf verdwaald ben in de zorg.”
Terug naar Sarajevo
In het boek beschrijft Lyanne ook de reis die zij eind vorig jaar samen met Erik ondernam naar Bosnië. “Eerder durfde ik dat niet, omdat ik bang was voor wat ik zou tegenkomen. Vooral voor mijn eigen reactie daarop, want ik verafschuwde alles wat Slavisch sprak of daaraan deed terugdenken.” Erik: “De tijd was er eerder nog niet rijp voor, dat lag ook aan de omstandigheden. Vooral Lyanne vond het belangrijk om de regie zelf in handen te hebben over hoe de reis zou verlopen.” Wat ook meespeelde was dat het Rainbow Hotel inmiddels is verkocht en op het punt staat afgebroken te worden. Lyanne: “Daar heb ik iets achtergelaten en ook weer iets van meegenomen, waardoor ik het beter een plek kan geven.” De meest memorabele momenten bleken de ontmoetingen met de lokale mensen. Erik: “Door onze meegebrachte foto’s van toen kwamen we met de mensen in gesprek. Daardoor wisten zij ook dat je destijds het nodige had meegemaakt. Je hebt dus iets gemeenschappelijks.” Lyanne: “Je voelt je verbonden. Zij zijn ook slachtoffers van die oorlog. Nergens hebben we een spoor van rancune ervaren. Eén van de bewoners zei: ‘Jullie moesten ook toekijken, met de handen op de rug gebonden.’”
Herkenbaarheid andere veteranen
Er zijn meerdere redenen waarom haar boek gelezen moet worden, vindt Lyanne. “Het belangrijkste is dat ervan geleerd kan worden, zeker door hulpverleners. Die onderschatten vaak hoe belangrijk zij zijn voor mensen die hulp nodig hebben.” Erik: “En natuurlijk ook de herkenbaarheid voor andere veteranen en hun gezinnen. Dat ze zeggen: wij maken het dus niet alleen mee.” Door zijn actieve inzet als afdelingsbestuurder voor de BNMO-Overijssel (Bond van Nederlandse Militaire Oorlogs- en dienstslachtoffers) weet hij als geen ander hoe belangrijk die herkenning kan zijn. “Het is ook voor een gezin niet altijd transparant welke hulp geboden kan worden. Er is veel winst te behalen op dat gebied, maar dat is alleen mogelijk als per geval gekeken wordt naar wat nodig is. Daarmee voorkom je een hoop narigheid.” Dat er inmiddels veel verbeterd is, staat ook voor Erik en Lyanne vast. Lyanne: “Als we derien jaar geleden de hulp hadden gehad die we nu hebben, was het heel anders gelopen.” Erik: “Maar gek genoeg staan we ondanks alles wat we meegemaakt hebben als gezin toch dichter bij elkaar dan ooit.”
Het boek van Lyanne is te bestellen via uitgeverijqv.nl
Deel dit artikel
Post & Mail
Wilt u reageren op de inhoud van MAX Magazine, een tv- of radioprogramma? Stuur dan een bericht naar MAX Magazine. De redactie maakt elke week een selectie en kort soms berichten in.
Reageren