De bijzondere erfenis van Klaas’ oma

‘Deze begonia semperflorens kom je nergens meer tegen’

Ik denk niet meer in bezittingen. We moeten in dit leven ooit van alles weer afscheid nemen”, reageert Klaas van Giffen (64) op de vraag naar zijn dierbaarste bezit. “Al zijn sommige zaken me zeer dierbaar. Zoals deze plant die van mijn oma ‘Bets’ van Riessen-Duijs (1886-1962) is geweest. Een moeder van negen kinderen met een rijk geestelijk leven en iemand die durfde te dromen. Als telg uit een geslacht van tuinlieden en kwekers wist oma deze kamerplant op te kweken tot een rijk bloeiende Begonia semperflorens. Een bijzondere soort, die je vandaag de dag haast niet meer tegenkomt! Zelfs een professionele begoniakweker kon de plant niet thuisbrengen. Het moet een oerversie zijn, van vóór de oorlog”, zegt de Overvener trots. “Nadat oma Bets overleed, ging de begonia naar haar jongste dochter. Na jaren kregen haar zussen, onder wie mijn moeder, er stekjes van. De plant werd liefdevol omgedoopt tot ‘Begonia Betsduijsia’. Uit de nalatenschap van mijn moeder kreeg ik de plant. Wonder boven wonder heeft deze ‘Betsduijsia’ na een uitbundige bloeiperiode een zeldzame peulvrucht met zaden voortgebracht. Die heb ik opgekweekt tot jonge plantjes en op een familiedag weer verdeeld onder de (achter)kleinkinderen van oma. Zo leeft oma Bets denkbeeldig voort in de huiskamers van haar nageslacht, als een mooie herinnering aan een mooi mens.”